donderdag 16 oktober 2008

Misbruik van bevoegdheden



In de trein met de voeten op de bank, met krantje als onderlegger. Mag dat? Volgens de conducteur die Janneke van Beek trof overduidelijk niet. Het pietluttige voorval leidde zelfs tot aanhouding. NS, waar zijn we mee bezig?
door Janneke van Beek

Sneltrein 2228 vertrekt om 10.41 uur uit Rotterdam richting Amsterdam. Nog voor Delft komt de hoofdconducteur voor de tweede keer langs - na de kaartjescontrole. Hij ziet me zitten op de bank, met mijn voeten op de bank tegenover me - met een krantje eronder. Ik ben alleen, er zit niemand naast of tegenover mij. 

Hij beveelt me mijn voeten van de bank te halen. "Ik heb er een krantje onder!", antwoord ik. Hij eist dat ik ze toch weg moet halen. Ik zeg dat ik dat raar vind, want ik heb er immers een krantje onder en bovendien, alle andere collega's van hem die ik ooit heb meegemaakt, zeggen altijd tegen mensen die hun voeten op de bank hebben zonder krantje, dat ze er 'gewoon even een krantje onder moeten leggen’ - dan is het goed. 

Deze dienstklopper herhaalt echter zijn bevel en dreigt nu met een boete. Ik herhaal mijn lezing. Daarop vraagt hij mij mee te gaan naar het halletje in de wagon waar een bord hangt met een opsomming van allerlei dingen die verboden zijn in de trein. Hij wijst me op het 'verboden te roken' teken en zegt: "Dit betekent: verboden te roken. Betekent dat dan dat je ‘een beetje’ mag roken?' Nou, nou? Betekent dat dan dat je ‘een beetje’ mag roken?"

Ik voel natuurlijk wel aan waar hij heen wil, maar zijn toon staat me niet aan, ik wens niet als een klein kind toegesproken te worden. Ik zeg hem dat en ga terug naar mijn plek. Ik neem weer plaats op de bank, voeten nu maar netjes op de grond. De hoofdconducteur heeft inmiddels versterking gekregen (via de portofoon opgeroepen) van een collega. 

ID-kaart

De hoofdconducteur vraagt nu om mijn ID-kaart. Ik antwoord dat ik die niet wil laten zien, omdat hij het recht niet heeft mij dit te vragen omdat ik immers niks verkeerds heb gedaan. Ik vraag hem om zijn naam, maar hij zegt dat me dat niet aangaat. Hij heeft wel een nummer, maar dat krijg ik ook niet. Hij meldt dat hij "buitengewoon opsporingsambtenaar" is, en als zodanig heeft hij alle recht om me dingen te verbieden die niet mogen, en om mijn ID te vragen. 

Want buitengewoon opsporingsambtenaren mogen dat, nee, moeten dat - voor de orde en veiligheid van ons allen. Met twee man sterk blijven ze bij me staan en de hoofdconducteur cq. buitengewoon opsporingsambtenaar maakt nu van nog meer van zijn bevoegdheden gebruik door me te sommeren de trein te verlaten. (De trein staat inmiddels stil bij station Delft). Ik weiger, herhaal dat ik niets strafbaars heb gedaan. "Alleen maar mijn voeten op een krantje gelegd!"

Inmiddels heeft hij al gedreigd met een opeenstapeling van boetes: voor mijn voeten op de bank, voor het niet willen tonen van mijn ID, en voor het niet willen verlaten van de trein. Hij komt met zijn volgende troef, weer zo'n bevoegdheid van de buitengewoon opsporingsambtenaar: hij gaat me nu overleveren aan de spoorwegpolitie van station Den Haag HS. Ik bel snel met een vriendin om door te geven dat ik word gearresteerd. Hiervoor vraag ik de mannen van de NS om even weg te gaan zodat ik privé kan bellen, maar dat willen ze niet.

Na mijn telefoontje probeer ik met de andere mensen in de coupé te communiceren. Ik vertel hen dat ik word gearresteerd voor het hebben van mijn voeten op een krantje, en wat ze daar nou wel van vinden? Dat dit een voorbeeld is waar speciale bevoegdheden in combinatie met macht naar kan leiden, namelijk tot arrestatie van onschuldige mensen.

Er wordt, zoals ik had verwacht, niet gereageerd; men staart mij aan alsof ze zitten te kijken naar een reality-soap op tv. "Vandaag ik, morgen jullie!" doe ik nog een poging. "Als niemand zich hiermee bemoeit, gaat dit van kwaad tot erger en wie weet wat er allemaal nog meer verboden wordt in de toekomst!” Het enige resultaat is dat de hoofdconducteur cq. buitengewoon opsporingsambtenaar me ook nog een boete wil geven voor stemmingmakerij, cq. opruiend gedrag.

Spoorwegpolitie

Bij de halte van Den Haag HS wordt er omgeroepen: "Dames en heren, als de trein stopt blijven de treindeuren nog even dicht - er wordt iemand overgedragen aan de politie. U hoeft niet bang te zijn." De deuren gaan natuurlijk wel voor mij en de conducteurs open. 

De spoorwegpolitie staat ons al op te wachten. Ze vragen de hoofdconducteur cq. buitengewoon opsporingsambtenaar naar de reden waarom hij mij aan hen overdraagt. "Vanwege het feit dat ze haar voeten op de bank had en weigerde ze op de grond te zetten, en omdat ze haar ID niet wilde tonen en haar naam niet wilde geven", verklaart hij. “Bovendien vertoont ze opruiend gedrag”.

De politie vraagt op haar beurt naar mijn ID. Ik zeg wederom dat ik die niet wil tonen omdat ik niks strafbaars heb gedaan, omdat ik "alleen maar met mijn voeten op de bank had gezeten met een krantje eronder." Vervolgens neemt de smeris me mee naar het politiebureautje op HS. (Aanhouding om 11.07). Daar doen ze erg hun best om mij te intimideren - ik krijg de hooliganbehandeling. Ze fouilleren me, ik moet mijn zakken leegmaken met daarin mijn portemonnee met mijn ID. Het ID zien ze niet onmiddellijk, ze sluiten me op in een wachtcel. 

Dat duurt zo'n drie kwartier, waarna een van de agenten een zak met mijn spullen komt brengen ter ondertekening, wat ik weiger. Ze hebben intussen mijn ID gevonden, het formulier dat hoort bij de fouillering staat op mijn naam, met onder de beschrijving van mijn waardevolle spullen het woord 'recalcitrant'. "Dat is een compliment!" roep ik uit. "Zo, vindt u?", smaalt een van de dienders. "Ik wel!", zeg ik trots.

Bureau Hoefkade

Hierna word ik door het station naar buiten geleid en in een politieauto naar bureau Hoefkade gebracht. Daar wacht de hulpofficier van justitie op me. De smeris van het spoorwegbureau vertelt dat ik met mijn voeten op de bank heb gezeten en geen ID heb willen tonen. "Wat heeft u hierover te verklaren?” vraagt de hulpofficier. "Nou, dit is niet het hele verhaal", begin ik, maar nadat hij er gelijk een sneer overheen gooit, vraag ik of dit gesprek wordt vastgelegd. "Ja", zegt hij, "alles wat u zegt wordt vastgelegd." 

Ik heb niets meer te verklaren. Hij geeft me een preek die waarschijnlijk wel indruk zou hebben gemaakt bij iemand van een jaar of acht, maar ik ben daaroverheen gegroeid. Hij werkt alleen op mijn lachspieren. Ik vraag hem naar zijn naam, maar die weigert hij te geven. (Nummer twee die geen naam wil geven, terwijl ze dat wel van mij eisen!). Ik krijg ook geen formulier mee, en mag vervolgens gaan. Geen lift terug naar Den Haag HS helaas.

De politie in het station heeft wel een geel briefje in mijn tas gestopt, een proces-verbaal. De overtreding betreft: 'niet tonen 'ID'. Bij het sanctiebedrag staat een kruisje. Dit is alles wat ik heb aan bewijs, verder heb ik geen formulieren meegekregen (wel gevraagd aan de hulpofficier van justitie, maar die zei dat ik niets meekreeg).

Voorspelbaar

Ik heb dit soort gedrag van conducteurs van de NS al lang zien aankomen. Sinds ze een klein jaar geleden meer bevoegdheden kregen, heb ik al meerdere malen aan ze gevraagd wanneer ze van die bevoegdheden gebruik zouden gaan maken. Dan antwoordden ze steevast dat het zou gaan om overlastgevende figuren, dronken in de trein, vernielers, en dat soort zaken. Ik zag echter hun houding veranderen.

Zie nu hoe snel 'meer bevoegdheden' kunnen leiden tot machtsmisbruik en het zonder zelf na te denken uitvoeren van andermans regels. De reden dat ik mijn ID niet wilde laten zien, is omdat ik tegen de ID-plicht ben. Bovendien zag ik dit soort gedrag van 'conducteurs met meer bevoegdheden' al aankomen, dus dit was een mooie gelegenheid voor een test.

Overigens had ik een afspraak met iemand die ik zou bezoeken in de bajesboot in Zaandam. Die is niet doorgegaan, want ik kon de afgesproken tijd allang niet meer halen.

Schadevergoeding van de NS? Bloemetje voor de schrik?
Het zal wel op een forse boete uitdraaien, ik schat zo'n 300 euro minimaal. Die weiger ik uiteraard te betalen, waarna ik de zaak voor laat komen. Mocht ik verliezen, dan stel ik me voor dat ik die zes dagen in een cel ergens in Nederland de hele dag met mijn voeten op het bed of op een andere stoel zal gaan zitten vreemd genoeg is het daar namelijk niet verboden!

Lees ook een opiniestuk in de Volkskrant over een selecte groep conducteurs met meer bevoegdheden.


Janneke van Beek,
16 oktober 2008

Geen opmerkingen:

Een reactie posten